2021: Reis Najaar

Maandag 30 augustus

We gaan weer op reis. De camper is voorzien van een nieuwe APK en ook Wim is weer voor een half jaar goedgekeurd door de uroloog. Even na de middag gaan we op pad. En wel naar Ruurlo, in de Achterhoek. Zoals ieder jaar gaan we met drie bevriende stellen ergens vijf dagen kamperen. Dit jaar dus Camping De Meiboom, met op de door ons gereserveerde plekken een "privé sanitair unit". Na de installatie volgt er een uitgebreide koffiepauze. En in de avond een uitgebreid werkoverleg over het programma van de komende dagen met opnieuw koffie maar vooral licht alcoholhoudende versnaperingen.

Dinsdag 31 augustus

We moeten vroeg op vanochtend. Om kwart over negen gaan we op de fiets naar Lievelde. We moeten om tien uur in het Crash Museum zijn. Een museum vol wrakstukken van vliegtuigen die tijdens de Tweede Wereldoorlog boven de Achterhoek zijn verongelukt. Veelal Engelse en Amerikaanse  bommenwerpers op weg naar het Ruhrgebied in Duisland. Behalve wrakstukken ook tal van persoonlijke spullen van de omgekomen bemanningsleden. Alles met een eigen, zeer indrukwekkend verhaal. Na het museumbezoek fietsen we verder naar Groenlo, waar we een terras opzoeken voor de lunch. Eenmaal terug op de camping is het weer hoog tijd voor koffie en andere drankjes.  

Woensdag 1 september

Een volgende fietstocht vandaag. Deze keer naar Borculo, met onderweg een tussenstop bij Museumboerderij De Lebbenbrugge. Een voormalig jachthuis, tolhuis, postkantoor, herberg, woonhuis en nu dus ingericht als museum met attributen en inrichtingen van rond de jaarwisseling tussen de 19e en 20e eeuw. Met nog veel herkenbare spullen, zeker als je in het oosten van het land opgegroeid bent. In Borculo zelf is het weer tijd voor de lunch. Deze keer ergens bij de rivier de Berkel, bij een gerestaureerde watermolen. Een prachtplek en heerlijk eten. 

Donderdag 2 september

De laatste dag in Ruurlo. We hebben een fietstocht gepland van wel vijftig kilometer, richting Zelhem. Het hele traject via het knooppuntennetwerk. Een fraaie route door bossen, open velden en zelfs nog een heideveld. met ergens onderweg een minibibliotheek met boekenkastjes ingebouwd in een oude boom. In Zelhem, halverwege de tocht, zijn we uiteraard weer toe aan de lunch. Een bijna complete maaltijd. Alleen voor ijs moeten we naar de buurman. Na de tocht beginnen we alvast met inpakken. Want hoewel we geen druppel regen gehad hebben de afgelopen dagen dagen, is bij het opstaan 's ochtends alles kletsnat van de douw. De avond staat in het kader van een soort afscheidsreceptie. Uiteraard met de nodige drankjes en versnaperingen. Morgen gaan op één stel na, iedereen een andere kant op.   

Vrijdag 3 september

Tijd om verder te trekken. We nemen afscheid van iedereen en gaan rijden. Eerst nog even naar Apeldoorn. We hebben geen dekbedden meegenomen en de afgelopen nachten waren uitgesproken fris. Dus maar het zekere voor het onzekere genomen. Vanuit Apeldoorn gaan we richting Maastricht. Het is druk op de weg en natuurlijk belanden we in een file. Van Maastricht rijden we richting Luik, waar we niet langs kunnen vanwege de waterschade van een paar weken geleden. De omleiding is fors, via Namen. Bij Bouillon gaan we de grens met Frankrijk over en via Sedan rijden we door naar de fraaie camperplek in Stenay, waar we tegen een uur of zes aankomen. De camperplek is met vierentwintig campers voor de helft bezet. En het weer is geweldig: tot ver in de avond kun je buiten zitten.

Zaterdag 4 september

Het is opnieuw een warme, zonnige dag. In de ochtend fietsen we eerst naar de Lidl, even buiten het stadje. Erg groot, maar ook erg rustig. Wat een verschil met de supermarkten in Apeldoorn. Nog een verschil zijn de mondkapjes, die zijn verplicht in alle openbare binnenruimtes. En in alle andere locaties, zoals restaurants, terrassen en musea is de QR code verplicht. We zijn op alles voorbereid. Via de VVV in het havenkantoor bij de camperplek vinden we een kaart met een fietsroute van dertig kilometer. Helaas kennen ze in Frankrijk geen fietsknooppunten en ook fietspaden zijn er amper. De route is een soort dorpentocht: elke vijf kilometer een dorp met een kerk als enige bezienswaardigheid. En één kasteel: Mont Devant bij het dorp Sassey. De meest bekende plaats onderweg is Dun sur Meuse, met een camperplaats waar we al eens gestaan hebben. Terug bij de camper hebben we er veertig kilometer opzitten. De beloning is een heerlijke douche. 

Kasteel Mont Devant bij Sassey.

Zondag 5 september

We hebben ons voorgenomen vandaag een rustdag te houden. Echter van uitslapen is geen sprake. De camperplek ligt pal achter het jeux de boules complex van Stenay. En er is vandaag een toernooi. De voorbereidingen beginnen al erg vroeg met onder andere het testen van de geluidsinstallatie. En om half negen begint het feest: en dat gaat door tot acht uur 's avonds. Vooral na de prijsuitreiking wordt het steeds gezelliger. Rond het middaguur maken we een wandeling door het stadje. Erg oud, veel verval en leegstand. Veel bankfilialen en weinig winkeltjes. Ook geen wonder met vier grote supermarkten even buiten het centrum. Het enig fraaie is een prachtige rotonde met een zee aan bloemen. En Stenay heeft een biermuseum, maar dat is tussen de middag gesloten. Alleen het bierterras is open. Eigenlijk het enige terras dat we deze dagen tegen gekomen zijn.  

In een schuur van het biermuseum.

Het jeux de boules toernooi voor onze neus.

Maandag 6 september

Drie dagen Stenay vinden we genoeg, we trekken verder dus. Op zo'n twee uur rijden ligt het stuwmeer Lac du Der Chantecoq. Beroemd bij vogelaars: een rustplaats voor bijzondere trekvogels. Rond het meer liggen onder andere een drietal camperplaatsen, waarvan we degene kiezen die tegenover het eilandje Chantecoq ligt. Op grote borden staan plattegronden van het meer en hoe je er omheen kunt fietsen. Die uitdaging gaan we aan. De route wordt aangegeven met bordjes. Bijna helemaal, dus gaat het een paar keer goed mis. Bij één van de omleidingen komen we gelukkig een terras tegen. Na zestig kilometer in vier uur tijd zijn we tegen zessen terug bij de camper. En behoorlijk uitgeteld. Dat wordt goed slapen vannacht. 

Dinsdag 7 september

Weer verder naar het zuiden. We hebben de TomTom opdracht gegeven naar Clermont Ferrand te navigeren; en dat is nog erg ver. Vooral bij temperaturen van rond de dertig graden. We passeren Troyes en Auxerre en ergens bij Clamecy krijgen we genoeg van het rijden en stoppen even verder in het dorp Prémery. Het is dan twee uur. We staan op een simpele camping municipal, pal naast een meertje in een parkachtige omgeving. Meer dan een wandeling rond het meer doen we niet vanmiddag. Oh ja, straks heerlijk douchen: het voordeel van een camping.

Woensdag 8 september

Gisteravond hebben we voetbal gekeken. En genoten: een 6-1 overwinning op Turkije. Toch jammer van die laatste tegengoal. Rond negen uur vertrekken we uit Prémery en rijden verder naar het zuiden. Na Nevers, Moulins en Clermont Ferrand gaan we de A75 op. Een prachtige tolvrije vierbaansweg. We rijden door tot we er genoeg van hebben, zo tot half drie. Dan verlaten we de A75  en rijden vijftien kilometer het binnenland in. Als slingerend komen we in Le Malzieu-Ville terecht: met twee camperplaatsen. Eén op asfalt aan de rand van het historische centrum, de ander op een voormalig camperterrein. Een prachtplek zonder voorzieningen, waar wij uiteraard gaan staan. Het hele terrein is nog herkenbaar als camping, echter alles is afgesloten. We maken een wandeling door de stad. Oeroud, met stadswallen en prachtig gerestaureerd. Alleen ontbreekt het aan leven. Meer dan een bakker hebben we niet kunnen ontdekken; jammer. Overigens is het nog spannend of we op deze voormalige camping mogen blijven staan. In een review lazen we dat er in augustus nog campers weggestuurd zijn. Waar wij en de andere negen campers dan heen moeten, wordt een uitdaging. 

Donderdag 9 september

We hebben een rustige nacht achter de rug: geen gedoe met overijverige gemeenteambtenaren. Maar vannacht is het wel gaan regenen en dat duurt tot een uur of tien in de ochtend. Wij zitten dan inmiddels al weer op de A75, waar we een koffiepauze houden op de parkeerplaats bij de tolbrug van Millau. Die brug kost overigens 16,50 euro en dat vinden we knap aan de prijs, hoe mooi de brug ook is. Bij de afslag naar Clermont 'L Herault gaan we tanken. En daar zit je vlakbij Lac du Salagou. Daar zijn we vaker geweest en zijn benieuwd hoe het er nu uitziet. Het meer is er nog, maar bijna alle camperplaatsen zijn verdwenen en een rondje om het meer met een camper of caravan mag ook al niet meer. Ergens op een rustige plek met uitzicht over het meer, stoppen we voor de middagpauze. En daarna terug naar de A75; op naar de Middellandse Zee. We stoppen in het vakantiedorp Saint Pierre sur Mer, pal aan zee. Ook hier zijn we al vaker geweest. Als we aankomen zijn er nog fraaie plaatsen te over. Tegen de avond loopt het echter behoorlijk vol. Aan het einde van de middag maken we een wandeling door het dorp. Tot 15 september verkeert men hier nog in vakantiestemming. Met onder andere een kermis en kerstmarktachtige kramen. Alleen nu even niet, alles is gesloten. Volgens wat spaarzame briefjes zou men in het weekend nog een keer "los" gaan. Hopelijk wordt het dan ook wat gezelliger.

De brug van Millau.

Pauze bij het Lac du Salagou.

Vrijdag 10 september

We maken er weer een fietsdag van. Eerst naar het dorp en daar blijkt vandaag de markt te zijn. En het is er nog druk ook en iedereen draagt een mondkapje: de anderhalve meter afstand is echter een moeizaam verhaal. En wat verder opvalt is dat de prijzen van levensmiddelen hier veel hoger liggen dan bij ons. Ook de kermis in bedrijf, maar de belangstelling is matig. En ze zijn de kerstmarktkraampjes aan het opruimen: geen Franse glühwein helaas. We fietsen verder naar Narbonne-Plage en vervolgens naar Gruissan. Onderweg bekijken we plekken waar we ooit eerder geweest zijn. En dat valt wat tegen: de herinneringen zijn mooier dan wat we nu zien. We doen wat boodschapjes bij een erg dure Intermarché en fietsen een rondje door Gruissan. Waarna we aan de terugtocht beginnen. Na veertig kilometer zijn we terug bij de camper. De zon schijnt inmiddels, dus we gaan nog even naar het strand. Maar na een half uur verdwijnt die zon achter een grote wolk. Terug bij de camper is die grote wolk gelukkig weer verdwenen. 

Pauze ergens bij Gruissan.

Zaterdag 11 september

Een erg warme dag met gelukkig wat wind uit zee. We beginnen de dag met opnieuw een fietstocht. Gisteren naar het zuiden, vandaag naar het noorden. Een tocht door een wijnstreek met heel veel velden met druivenstruiken. De eerste stop is in het havenplaatsje Cabanas de Fleury, met ook daar een aardige camperplek. En er staan twee groente en fruitkramen met onder andere drie meloenen voor twee euro. Of een kistje voor vijf. Drie passen precies in een fietstas, die worden het dus. De volgende stop is in het stadje Fleury d'Aude. In onze herinnering een aardige plaats. En ook dat valt deze keer wat tegen; het is er een dooie boel. Na de middag gaan we weer naar het strand waar het druk is. Het is tenslotte zaterdag en erg mooi weer. Als we er genoeg van hebben, gaan we onder de douche. Deze keer bij de tennisbanen, tussen het strand en de camperplaats. Daar staat een nieuw toiletgebouw met twee buitendouches. Met koud water en dat is even doorzetten. Maar het is een succes: af en toe staan de strandgangers in de rij. Na het eten gaan we even aan de koffie en borrel bij op het terras bij Le Ficky, een combinatie van restaurant en snackbar, ergens halverwege het dorp. Elke keer als we Saint Pierre zijn komen we er wel een keer terecht. En Le Ficky is in al die jaren geen steek veranderd. Nog altijd met aangename prijzen: vier consumpties voor nog geen tien euro. Maar Le Ficky staat te koop! Geen idee waarom: ons Frans en zijn Nederlands passen niet bij elkaar. Maar als iemand interesse heeft, wij hebben een visitekaartje.

Zondag 12 september

Een redelijke rustdag, die we beginnen met een wandeling. Achter de camperplaats loopt een wandelroute naar een rots-massief. Met daar middenin een een diep gat met een meertje, met de prachtige naam Gouffre de l'Oeil doux. Te bereiken via een steil rots-pad omhoog voor een blik in de diepte, als ook naar beneden naar de oever van het meertje. Een pittige klim cq afdaling, zeker als het zo warm is als vandaag en het is er nog druk ook. Na de middag gaan we opnieuw naar het strand en ook daar is het druk. Er wordt volop in de zee gezwommen en wij kunnen natuurlijk niet achterblijven. Om het zout af te spoelen maken we weer dankbaar gebruik van de koude douches bij de tennisbanen. Terug bij de camper begint het "grote" inpakken. Vier nachten in Saint Pierre sur Mer vinden we genoeg. Morgen willen we naar Leucate, als daar tenminste nog een leuke plek te vinden is. 

Gouffre de l'Oeil doux.

Maandag 13 september

Vandaag gaan we weer verder naar het zuiden. We nemen afscheid van onze Nederlandse buren uit Staphorst: zij gaan de andere kant op, naar het noorden dus. Om in Leucate te komen moet je via Narbonne-Plage naar Narbonne. Daar rijdt je nu min of meer omheen. We willen boodschappen doen bij de Lidl. Daar reden we vroeger langs, maar nu via de nieuwe rondweg niet meer. Ergens bij een kleintje kunnen we de camper niet kwijt. Maar geen nood, voorbij Leucate-Plage ligt Port-Leucate en daar weten we ook een Lidl. Maar die Lidl is dit weekend verhuisd naar een nieuw pand; het lijkt wel of heel Port-Leucate in die nieuwe Lidl loopt. Uiteindelijk komen we aan de boodschappen die we nodig hebben en rijden terug naar Leucate-Plage. Daar kijken we eerst naar de twee camperplaatsen achter de gemeentecamping: de eerste aan het strand, de tweede er tegenover. Die tweede is sedert vandaag gesloten. De eerste, tegen het strand aan is kleiner geworden en maakt een verlopen indruk. Alleen er staan kost nu al bijna vijftien euro. De gemeentecamping kost achttien euro inclusief alles. Alleen is het inmiddels half één en de receptie gaat pas om half vier weer open. We wandelen wat, pauzeren op de boulevard en lezen in de schaduw van de camper. Goed, we staan dus weer op een camping. Van alle gemakken voorzien, behalve dan WiFi: dat blijft behelpen hier in Frankrijk.

Dinsdag 14 september

In de ochtend rommelen we wat bij de camper. Er moet een band van een fiets geplakt worden en de vuile was wordt verzameld. Een poging te wassen met de machines op de camping mislukt hopeloos: onze bankpassen worden niet geaccepteerd. Maar we weten machines te staan waar het wel werkt. Al met al een ochtend vullend programma. Na de middag gaan we weer fietsen, nu naar het gehucht La Franqui. Een beetje een uithoek. Een paar aardige terrassen, een camping met camperplaats en een grote vlakte waar geracet wordt met zeilkarretjes. Als er tenminste genoeg wind staat. Tegen de avond begint het te regenen. Net op het moment dat we in willen gaan pakken. Dus gaat de luifel uit; houden we het nog een beetje droog. 

Woensdag 15 september

Rond half tien vertrekken we uit Leucate-Plage. We gaan eerst naar Perpignan en daar rechtsaf, langs de flanken van de Pyreneeën richting de westkust. Een fraaie route door een geweldig landschap met mooie uitkijkjes. En ondanks de sombere weersvoorspellingen is het een stralende dag. Zo tegen een uur of drie vinden we het genoeg en zoeken een camperplek. Na een paar mislukte pogingen komen we terecht in het gehucht Auzas. Een kerk, een gemeentehuis en twee straten, dat is het wel zo ongeveer. Een een fraaie camperplaats aan een meertje. Met stroom en water voor vijf euro per nacht. En dat wordt 's avonds opgehaald door volgens ons de burgermeester zelf. En het meest verrassende hier: er is een uitstekende WiFi verbinding. Gratis en geen gedoe: inloggen en het werkt. Daar kunnen andere gemeenten, zoals Leucate-Plage een voorbeeld aan nemen. Ook gratis is de regen die we tegen een uur of acht over ons heen krijgen. En dat gaat de hele avond door. 

Donderdag 16 september

Het kan héél hard regenen in de Pyreneeën zo bleek gisteravond. Compleet met donder en bliksem. Geen tv en elkaar verstaan lukte lange tijd niet. Het ging door tot een uur of twaalf, waarna het "normale" regen werd. We gaan weer vroeg op pad in de ochtend. Het is zwaar bewolkt en het miezert. En dat maakt het rijden door de Pyreneeën niet leuk. Zeker niet als je af en toe een hoosbui over je heen krijgt. Via Tarbes en Pau komen we uiteindelijk terecht in St Jean Pied-de-Port, even voor de grensovergang met Spanje. We zijn er al vaker geweest en vinden het een leuke tussenstop. Het is gelukkig inmiddels droog. En in deze tijd van het jaar is het er gezellig druk. Alles is open, veel dagjesmensen en natuurlijk wandelaars op weg naar Santiago de Compostella. Tijdens onze wandeling door het dorp wordt er volop ingecheckt bij de tientallen overnachtingshotelletjes. De camperplek is een onderdeel van het sportcomplex. We kijken uit over het rugbyveld, waar de hele avond hard getraind wordt: het brengt wat leven in de brouwerij. Morgen gaan we een heuse Pyreneeëncol over: Punto de Ibañeta, 1067 meter hoog, naar Spanje.   

Vrijdag 17 september

Op naar Spanje vandaag. De eerste uitdaging is de col even voorbij de grens met Frankrijk over. Het is onze favoriete route om van Frankrijk Spanje binnen te rijden. En omdat er vandaag geen wolkje te bekennen is, zijn de uitzichten prachtig. En we komen onderweg talloze bedevaartgangers tegen. Zowel te voet als op de fiets naar Santiago de Compostella. Wobbie heeft even geleden op internet een camperplaats gevonden en daar willen we heen. Bij Pamplona rechtsaf, de AP15 op en dan na zo'n twintig kilometer eraf. Het dorp waar we staan heet Irurtzun en heeft een heuse camperplaats en in deze tijd van het jaar nog gratis ook. En we staan moederziel alleen nog: als je niet gevonden wilt worden, kom dan naar deze camperplaats. In de middag proberen we een route fietsen door de omgeving. Helaas waren de routebordjes na tien kilometer op. Dus werd het voor ons doen een korte rit. 

De top van Punto de Ibañeta.

Zaterdag 18 september

Na de fraaie dag gisteren hebben we de afgelopen nacht weer veel regen gehad. En dat gaat door tot een uur of twaalf in de ochtend. We zitten dan inmiddels al in de buurt van Burgos, waar de zon eindelijk doorbreekt. We rijden naar de camperplaats in Palencia, in het centrum. Bijna een vaste tussenstop voor ons op weg naar het zuiden. We beginnen met een wandeling. Naast de camperplaats ligt een park, maar een eind verder nog een ander. En dat is een echt wandelpark. We kennen de route ondertussen uit het hoofd. Terug bij de camper staan er negenduizend stappen op de teller van Wobbie. En na het eten natuurlijk even de stad in. De helft van de winkels is open op zaterdagavond: kennelijk is die zaterdagavond meer bedoelt voor terrasbezoek dan voor shoppen. En we passen ons aan natuurlijk. 

Ergens in het centrum van Palencia.

Zondag 19 september

Zoals gewoonlijk is de camperplek van Palencia gisteravond helemaal volgelopen. Met vooral Spanjaarden, op één Duitser, een stel uit Apeldoorn en drie Fransen na. We zijn weer op tijd op pad: via de A62, en na Salamanca de A66. Bijna loodrecht naar het zuiden. We rijden weer tot we er genoeg van hebben, deze keer tot half één. Aan de A66 ligt de plaats Béjar. Daar, bij het voormalige treinstation, ligt een camperplaats: gratis, met water en loosmogelijkheden. De spoorlijn is opgeheven en het traject doet nu dienst als Via Verde: een fietspad. En de voormalige stationnetjes doen nu veelal dienst als bar-restaurant. Natuurlijk fietsen we een deel van de route. Een ervaring op zich; een vlak en glad pad door heuvels en bergachtige rotsen. Met onderweg nog de originele tunneltjes. Er zijn meerdere Via Verdes in Spanje. Iets om te onthouden. Terug op de camperplek is ook deze al weer aardig vol gelopen met vooral Spanjaarden. We hebben de afgelopen jaren nog nooit zoveel Spaanse campers gezien. 

Maandag 20 september

Opnieuw een stuk naar het zuiden. Nog steeds over de A66. Vlak na Caceres verlaten we de snelweg en gaan het binnenland in. We weten een goedkope pomp te vinden: de diesel kost daar € 1,30. Het eindpunt voor vandaag is de grote plaats Badajoz, even voor de Portugese grens. Na wat boodschappen bij een grote supermarkt, even buiten de plaats, zoeken we de camperplek op. Nu nog rustig, maar tegen de avond helemaal vol. En het is hier bloedheet. Desondanks gaan we de stad in. Eerst op zoek naar een VVV kantoor: daar zijn er hier twee van. We willen een plattegrond omdat we het postkantoor moeten vinden voor één postzegel. We willen een kaart versturen naar een kleinzoon die eind van de week jarig is: vandaar die ene postzegel. Het eerste VVV kantoor, bij het kasteel, is gesloten. Het tweede, midden in het centrum, is gelukkig wel open. Kortom, we slenteren wat af door Badajoz. Het centrum roept gemengde gevoelens op bij ons. Oeroud, met tal van monumentale gebouwen. Maar ook grote delen van het centrum met een enorme leegstand; soms waan je je in een spookstad. Vanwege de hitte duiken we twee keer een terras op, uiteraard in de schaduw. Voor de prijs hoef je dat niet te laten: voor zes consumpties betaalden we nog geen tien euro.

Dinsdag 21 september

Na een erg warme nacht in Badajoz gaan we op weg naar Portugal, waar we na zeven kilometer al binnen rijden. En in Portugal is het oppassen geblazen wat de tolwegen betreft. Voor je het weet zit je er op en moet je automatisch betalen via een tolbadge. We hebben geen idee wat er gebeurt als je zo'n ding niet hebt, zoals wij dus. We passeren Evora en Beja, de grootste plaatsen op de route naar de Algarve. Eenmaal aan de kust gaan we naar de camperplaats in Manta Rota. Daar aangekomen weten we niet wat we zien. De camperplaats is overvol en de rest van het dorp staat vol auto's en mensen die op weg naar het strand of op de terugweg zijn. We hebben het er nog nooit zo druk gezien. De vraag is wat gaan we doen? Uiteindelijk besluiten we om terug te gaan naar Monte Gordo. Daar is een camping waar we nog nooit geweest zijn. We moeten er inchecken: een aardige mevrouw is twintig minuten bezig om alle administratieve handelingen te verrichten. Uiteindelijk vinden we een plek op ook deze drukke camping. Een camping die "redelijk op leeftijd" is: maar alles doet wat het moet doen en voor zo'n tien euro per nacht een prima plek voor een paar dagen. Na het installeren gaan we even de zee in om af te koelen na een warme dag. En na het eten gaan we aan de borrel. Vrienden van ons, Joke en Jack Draaijer, zitten hier in Monte Gordo in een appartement. We spreken dus af op een terras in het gezellige centrum. Wel bijzonder om elkaar hier te ontmoeten in plaats van in Apeldoorn of Deventer. Het wordt een latertje, hoewel het hier een uur vroeger is dan in de rest van Europa.

Woensdag 22 september

Dag twee in Monte Gordo. We halen de fietsen uit de camper en gaan naar Vila Real de San António. Eerst naar de winkel van de "NOS", een groot communicatiebedrijf hier in Portugal. Een simkaartje van hen in een router en voor één euro per dag heb je onbeperkt internet op drie apparaten. En geen gedoe meer met gammele WiFi verbindingen onderweg. Maar onze router ligt nog in Apeldoorn! De aardige mevrouw in de winkel gaat aan de slag met de oude telefoon van Wim om daar een hotspot van te maken. Maar dat ding is helaas te oud; dus dan maar een nieuwe router. Het kost een paar centen, maar we kunnen dertig dagen vooruit. We fietsen vervolgens langs de camperplaats, die nog voor geen derde bezet is: bizar met zoveel campers onderweg. In het centrum is het gezellig druk en op een terras gaan we aan de koffie. Eén euro vijftig voor twee heerlijke kopjes koffie. Na de middag gaan we even naar het strand. Zwemmen zit er even niet in, daar zijn de golven veel te hoog voor (voor ons dan). Een voorbode voor slecht weer, zo zal later blijken. Voor in de avond gaan we uit eten met Joke en Jack. Zij weten de weg in Monte Gordo, dus ook waar je terecht kunt voor een goede maaltijd. Het werd weer een gezellige avond.

Het centrale plein in Vila Real de San António.

Donderdag 23 september

We hebben een slechte nacht achter de rug. Onweer, bliksem en heel veel regen; enorme hoosbuien. Dat duurt zo tot een uur of negen in de ochtend. We zijn dus even druk om alles weer wat op orde te krijgen. Waarna we het dorp rondwandelen; een soort inspectietocht. Met overal dus enorme plassen water. Kennelijk zijn de riolen hier niet berekend op zoveel water. In de middag gaan we fietsen. Op zoek naar plekken waar nog campers staan. Eén dorp verder, in Altura stonden vroeger op meerdere plekken campers: nu bijna niets meer. In het volgende dorp, Manta Rota is dus nog een heuse camperplek waar we overheen fietsen. Er zijn wat lege plekken, maar dat heeft te maken met de wateroverlast van de afgelopen nacht. Voor de rest staat alles vol met een aantal "vaste" Franse klanten, maar het merendeel zijn Portugese campers. We hebben nog nooit eerder zoveel Portugese campers bij elkaar gezien. Het geheel maakt een wat haveloze indruk, mede vanwege de sporen van het watergeweld. Tot slot gaan we weer uit eten met Joke en Jack. Een soort laatste avondmaal hier. Morgen vertrekken we uit Monte Gordo en trekken verder langs de kust, zij gaan volgende week terug naar Nederland. 

Wateroverlast in Monte Gordo.

Vrijdag 24 september

We nemen afscheid van Monte Gordo. Afscheid van de Portugese en Nederlandse buren uit Emmen. Met de eersten verliep de communicatie wat moeizamer dan met de buren uit Emmen: dat was ronduit gezellig. Na wat boodschappen bij een gloednieuwe, hele grote Aldi, rijden we naar de grote plaats Tavira. Daar zit een nieuwe, grote camperplaats en we gaan er even kijken. Het ziet er fraai uit, maar van de 120 plaatsen is nog niet de helft bezet. We gaan er zeker nog een keer heen. We rijden nog even door en gaan kijken bij de parkeerplaats van het vakantiepark Pedras del Rei, in de buurt van het vissersdorp Santa Luzia. Het is er druk met personenauto's en er hangt bovendien een bord dat campers in deze tijd van het jaar niet welkom zijn. We gaan drie kilometer terug naar Santa Luzia. Aan het begin van het dorp ligt een camperplaats, we zijn er al eerder geweest. Hoewel camperplaats een groot woord is voor deze plek. Het is eigenlijk een braak liggend terrein waar campers nog gedoogd worden. Alle voorzieningen zijn inmiddels verdwenen. Maar wij hebben iets met dit vissersdorp en we hebben water genoeg bij ons dus we kunnen het een paar dagen uithouden. In de middag willen we naar het strand. En daarvoor moet je een lagune over. Dat kan op twee manieren. Bij het vakantiepark Pedras del Rei kun je met een treintje naar het strand gebracht worden. Hier in Santa Luzia kan dat met een "ferry boat". We kiezen voor het laatste, waarmee je op een leuk strand, Praia Da Terra Estreita, met wat voorzieningen, afgezet wordt. Terug van het strandbezoek gaan we aan de borrel. Santa Luzia heeft een aantal fraaie terrasjes waar veel toeristen komen. Wij kiezen voor de minst fraaie: een kroeg waar bijna enkel Portugezen komen. Niet bepaald een tent om met je schoonmoeder heen te gaan om indruk te maken. Je hoort er (een beetje) bij als je bier uit het flesje drinkt en niet uit een glas. De wijn van Wobbie zit gelukkig wel in een glas; maar dat glas is erg groot en erg vol. We lopen gearmd terug naar de camper. 

Zaterdag 25 en Zondag 26 september

Dag twee in Santa Luzia. Niet erg spectaculair maar wel een heerlijke dag. We beginnen met een wandeling: een rondje over het vakantiepark Pedras del Rei. Jaren geleden hebben we er veertien dagen in een appartement gezeten. De tijd lijkt er stil te hebben gestaan. Na de wandeling gaan we weer naar het strand met de "Ferry Boat". Het is eb, dus dat strand is breed en hard en je kunt er heerlijk wandelen. Tot slot gaan we weer naar ons favoriete terras. Dat blijkt Café Santa Luzia te heten; ze hebben overigens geen website.

Een strandloper aan het badderen. 

De zondag lijkt in grote lijnen op de dag van gisteren. Eerst een wandeling, dan naar het strand en de dagafsluiting bij Café Santa Luzia. Op het strand maken we nog een pittige wandeling. Van "ons" strand Praia Da Terra Estreito lopen we naar het andere strand Praia do Barril, het eindstation van het treintje bij Pedras del Rei. Een pittige, maar leuke wandeling, mede door het prachtige weer. De onderstaande foto is van het "ankerkerkhof"; een monument ter nagedachtenis aan de vissers die hier jaren geleden op tonijn visten. Alle tonijn is weggevist en de vissers hebben plaats gemaakt voor toeristen.

Maandag 27 september

Na drie fraaie dagen in Santa Luzia vertrekken we naar de grote plaats Tavira: wel een half uur rijden terug. Daar zit een nieuwe, grote camperplaats even buiten het centrum. Met honderdtwintig erg ruime plaatsen, waarvan er zo'n zeventig bezet zijn. Kosten: acht euro per dag en stroom één euro vijftig. De plek ligt vlak achter het grote overdekte winkelcentrum Gran-Plaza. Daar gaat de eerste wandeling naar toe. Shoppen en eten op alle niveaus daar. En het is er heerlijk koel, terwijl het buiten inmiddels vijfendertig graden is. Na de middag gaan we fietsen. Een kilometer of acht voor Tavira ligt het kustdorp Cabanas. We hebben er ooit twee keer op de camping gestaan. Het dorp heeft een nieuwe boulevard gekregen en ziet er gezellig uit. De camping ziet er strak uit met afgebakende plaatsen. De tuintjes met groente in de groenstroken, destijds aangelegd door Engelse overwinteraars, zijn helaas verdwenen. Op de terugweg maken we een omweg door de zoutbekkens in de hoop ze weer te zien: en jawel, we komen ze tegen: flamingo's!!

Dinsdag 28 september

Een beetje een rare dag. We gaan eerst op de fiets naar Tavira. Het is er nog druk met toeristen. Op het grote plein worden we opgevangen door een groep Duitse milieuactivisten. Die zijn sigarettenpeuken aan het verzamelen. Een actie die het zwerfvuil tegen moet gaan. Ze hebben al veel grote flessen vol bij elkaar geraapt. Vervolgens klimmen we naar het kasteel van Tavira. Het is veel trappen lopen, maar de uitkijkjes zijn fraai. Tijdens de verdere omzwervingen komen we nog een koor tegen, weliswaar op leeftijd, maar gezongen werd er. Op een spandoek stond een tekst die we niet konden lezen. Mogelijk had het iets met de verkiezingen te maken. De afgelopen week zijn we regelmatig geluidswagens tegen gekomen en overal hangen grote borden met de afbeeldingen van politici. Na de middag willen we op de fiets naar het strand. Blijkt de achterband van de fiets van Wim leeg te staan. De binnenband is helemaal gaar; plakken kost meer aan materiaal dan een nieuwe band. Dus we gaan op zoek naar een fietsenmaker. Die is er in Tavira, maar heeft het erg druk. We worden gebeld als de fiets gerepareerd is. In Marokko zouden ze zeggen: morgen, inshallah.  

Flessen vol met sigarettenpeuken.

Het Portugese koor "De Stem des Volks". 

Woensdag 29 september

We worden vroeg gebeld vanochtend: de fietsenmaker! De fiets kan opgehaald worden. Een dik half uur lopen en dezelfde tijd wachten. Het is er razend druk: er worden ook fietsen verhuurd en toeristen zijn er nog genoeg. Met nieuwe achterbanden op het achterwiel rijdt de fiets weer heerlijk. Maar nog belangrijker is het idee niet meer te pas en te onpas met een lekke band ergens te staan. Eind van ochtend gaan we op de fiets naar het strand; niet naar de zeekant, daarvoor moet je met een "ferry", maar aan de lagunekant. Het is er rustig, erg heet en er is geen golfslag. Goede omstandigheden voor mensen van onze leeftijd. Vanaf de camperplaats is het zo'n twintig minuten fietsen, als je banden tenminste heel blijven.

Donderdag 30 september

Er moet gewassen worden vandaag. En we weten een paar grote wasmachines te staan in Tavira. Die dingen staan op veel plekken in Portugal, meestal bij supermarkten. Die wij op het oog hebben staat bij een benzinestation. Daar met een volle zak vuile was achter op de fiets aangekomen, blijken de apparaten defect. Uiteindelijk doen we de was in de apparaten op de camperplaats. Met het wachten op een vrije machine en op de afloop van het wasprogramma, zijn we de hele ochtend kwijt. Maar goed, we slapen vannacht weer in een schoon bed. Na de middag gaan we fietsen, nu naar het westen, zeg maar richting Faro. Weer een deel van de fietsroute die langs de kustlijn van de Algarve loopt. Ooit een prima te fietsen traject, maar vanwege achterstallig onderhoud nu met zeer slechte stukken. In het lagunegebied, waar we door fietsen, wordt zout gewonnen. Grote bekkens worden gevuld met zeewater, het water verdampt en het zout blijft achter. Hoe lang dat hele proces duurt weten we niet, maar deze hele kuststrook ligt vol met deze bekkens. Met veel watervogels waaronder flamingo's. En met hier en daar een grote berg zout, wat op vrachtwagens afgevoerd wordt. Wij fietsen naar het kustplaatsje Fuseta. In al die jaren dat we er zijn geweest amper veranderd. Het enige wat opvalt is het nieuwe ticketkantoortje. Ook vanaf deze plaats kun je de lagune oversteken met een "ferry-boat" om op het strand te komen. Maar dat hebben we veertien jaar geleden al gedaan. 

Een berg zout klaar om afgevoerd te worden.

Vrijdag 1 oktober

Vier dagen Tavira vinden we genoeg: inpakken en rijden dus. Bij de grote plaats Quarteira weten we een camperplek, een uur rijden verder. Op een marktterrein en dus erg groot. Behalve op de woensdag, want dan is er markt en moet je even verkassen. Maar we moeten eerst wat boodschappen doen. Er moet een gasfles gevuld worden. Ergens op de route zit bij het gehucht Quelfes een pomp waar ze nog gasflessen vullen. Vroeger gebeurde dat in een schuur achter een gordijn, nu aan de pomp waar met grote letters "Propan Gas" op staat. Voor nog geen twintig euro hebben we weer een volle fles. De volgende stop is in Loulé bij één van de weinig echte camperzaken in Portugal. We hebben vloeistof nodig voor het cassettetoilet. We gebruikten deze reis spul van de Action, maar daarmee stinkt het toilet nog erger dan zonder dat spul. We zitten inmiddels ergens tussen Quarteira en Falésia. Daar, in Falésia, zit één van de mooiste camperplekken van de Algarve. Met als probleem dat de enkele plaatsen die 's ochtends vrijkomen, binnen de kortste keren weer bezet zijn. Toch doen we een poging. Bij de ingang worden we herkend door de beheerder, maar vol is vol. Uiteindelijk staan we met vijf campers op een parkeerplaats tegenover de ingang. Met de garantie op een plek morgenochtend. Het wordt steeds gekker in camperland. Nog even en je moet nog gaan reserveren ook. In de middag gaan we naar het strand waar het druk is. En heel opvallend, op het hele strand is geen bedje of parasol te bekennen. En volgens ons hebben die er al meer dan een jaar niet gestaan. Bovendien is het bekende sporthotel, waar vooral in de wintermaanden allerlei beroemde en minder beroemde atleten komen trainen, gesloten. Al maanden, alle sportvelden zijn totaal verdroogd. De coronacrisis heeft hier zichtbaar hard toegeslagen.  

De wachtrij voor de camperplaats.

Zaterdag 2 oktober

We hebben slecht geslapen vannacht. Tussen de ingang van de camperplaats en de parkeerplaats loopt een weg die naar enkele grote hotels leidt. De hele avond en nacht stoven er auto's op en neer; mogelijk was er een wisseling van gasten gaande. We zijn dus vroeg op en het is wachten op het vertrek van campers die een lege plek achterlaten. We krijgen twee plekken aangewezen in de buurt van de beruchte weg: die willen we dus niet. Tegen half tien krijgen we een plek aangeboden die we niet kunnen weigeren. Binnen de kortste keren zijn we geïnstalleerd, alsof we hier nooit weggeweest zijn. Voor de boodschappen zitten hier een aantal Portugese supermarkten. Voor de "echte" boodschappen gaan camperaars hier naar de Lidl. De één ligt elf kilometer ver, de ander negen. Daar hebben we vandaag geen zin in. Een dorp verder, Olhos de Aqua is leuk om naar toe te fietsen en is een bezoekje waard. Maar Olhos de Aqua is bedolven onder vooral Engelse toeristen. Het kleine strandje is overvol, het lijkt wel hoog zomer. Waarschijnlijk worden nu de gemiste vakanties van de laatste anderhalf jaar ingehaald. Voor koffie hebben we een vast adres. Naast een supermarkt zit een soort markthal met een cafeetje. Met een joviale eigenaar die graag laat weten dat hij op zijn manier een woordje Nederlands spreekt. In de middag gaan we weer naar het prachtige strand. Met de schilderachtige rotswanden. Een heerlijk wandelstrand: en om af en toe te zwemmen. 

Zondag 3 oktober

Als we opstaan is het zwaar bewolkt en het waait behoorlijk. En het miezert af en toe. Je wordt er niet echt nat van, maar toch. Eenmaal weer droog maken we een wandeling door het achterland van de camperplaats. Een rondje van zo'n vijf kilometer. En na de middag gaan we fietsen. Eerst naar de haven van Vilamoura. Ook daar is het enorm druk. Niet alleen wat dure boten betreft, maar ook met toeristen: bijna alle terrassen zitten vol. En er wordt volop langs de kade geflaneerd. De volgende plaats is Quarteira. Vilamoura is de plaats voor de rijken der aarde, Quarteira veel meer voor het gewone volk. We fietsen de boulevard af om aan het einde van de stad de camperplaats te bekijken. Even daarvoor ontdekken we dat de plaatselijke camping definitief gesloten is. We hebben er ooit een keer gestaan en vonden het een aardige camping. Er zal wel een vakantiepark voor in de plaats komen. Op de camperplaats in Quarteira staan zo'n twintig campers. Niet de mooiste plek, maar voor zes euro per nacht een prima overnachtingsplek. Na wat boodschappen bij de Lidl gaan we terug naar de boulevard, waar we weer op "ons" vaste terras terechtkomen. En waar we Nederlanders tegenkomen waar we gezellig mee aan het kletsen raken. Na vijfentwintig kilometer zijn we terug bij de camper, waar we rest van de avond in gepaste rust doorbrengen.   

Bloemen onderweg tijdens het wandelen.

Een klein deel van de haven van Vilamoura.

Maandag 4 oktober

Een dag als bijna alle andere in Falésia. Opnieuw prachtig weer dus we beginnen de dag met een wandeling langs het fraaie strand. Waar het opnieuw al vroeg druk is. Met behalve Engelsen opvallend veel Portugese gezinnen met kinderen. Mogelijk is het nu herfstvakantie hier. Na de middag gaan we weer naar het strand: en natuurlijk twee keer de zee in. Na afloop gaan we onder de koude douche. De warme douches kosten één euro per persoon. En als je de koude zee gewend bent, is dat zonde van het geld. Echte Hollanders hè.

Dinsdag 5 oktober

We gaan vandaag naar de fietsenmaker. Er is iets aan de hand met één van de handremmen van Wobbie's fiets. En we weten een fietsenmaker te zitten met een reclamezuil waar onder andere de naam van onze fietsen, Giant, op staat. Wel twaalf kilometer ver en een deel daarvan loopt langs een drukke weg. Bij de fietsenmaker gaan we een klein poortje in op weg naar de voordeur. Daar aangekomen gaat het alarm af; een hels kabaal. Op het kleine poortje na zit alles potdicht. We vluchten naar de overkant van de weg, waar ze gelukkig lekkere koffie hebben. Een aardige koffiejuffrouw gaat de overbuurman voor ons bellen. Conclusie: de fietsenmakers in Portugal zijn op dinsdag gesloten. Hebben wij weer. Na de koffie maken we er maar een leuke rondrit van. Na de middag gaan we weer naar de zee. Niet te lang, want we moeten nog boodschappen doen. Deze keer bij de Intermarché in Olhos de Aqua. En daar hebben ze warme, gegrilde platte kippen. En op verzoek maakt de verkoopster daar kip-piri-piri van. We gunnen ons amper de tijd om nog wat op een terras te drinken. We willen aan de kip-piri-piri. 

Woensdag 6 oktober

Een drukke dag vandaag. We gaan eerst naar de fietsenmaker, twaalf kilometer verder. We moeten eigenlijk een afspraak maken, maar omdat het een Giant fiets is, of omdat we Nederlanders zijn, worden we direct geholpen. We gaan maar weer aan de overkant aan de koffie. Terug bij de fietsenmaker is de boel gerepareerd. De remmen werken op oliedruk en er zat dus te weinig olie in het systeem. Vroeger moest je een boutje losdraaien, aan een kabeltje trekken en het boutje weer vastdraaien. Maar nee, dit is een nieuwe Giant mijnheer. Hij heeft er een soort servicebeurt van gemaakt. Voor €32,50 is de fiets weer als nieuw. Op de terugweg maken we een rondje door de buitenwijken van Vilamoura, de stad met de enorme dure jachthaven. En die buitenwijken zijn niet minder met enorme appartementencomplexen, de één nog mooier dan de ander. Die kom je niet tegen in de vakantiefolders van de Nederlandse reisbureaus. Na de middag gaan we nog gauw even naar de zee om af te koelen. We moeten op tijd terug zijn: Wobbie heeft een afspraak bij haar "vaste" kapper cq pedicure. Het resultaat mag er zijn; zoals na elk bezoek zijn zowel de kapster als Wobbie tevreden. 

Wachten bij de fietsenmaker.

Nog maar een plaatje van de prachtige rotskust.

Donderdag 7 oktober

Vanmorgen staat er een wandeling op het programma. Het is eb en dan kun je over het strand naar een dorp verder, Olhos de Aqua, wandelen. Voor de laatste kilometer moet je over een rotsbodem klauteren. Nogal glibberig en dat is oppassen geblazen. De beloning is koffie op een terras op de eindbestemming. De weg terug gaat voor een deel over de rotswand. Helaas zijn de paden de laatste jaren steeds slechter geworden vanwege slijtage en erosie. Na de middag gaan we weer naar de zee. Het is vloed en het strand is erg klein. Bovendien zijn er zulke hoge golven dat zwemmen er vandaag niet in zit. We moeten regelmatig omhoog schuiven om niet overspoeld te worden. We zijn dus vroeg terug bij de camper. Gelukkig zijn er koude douches om af te koelen.

Over het strand naar Olhos de Aqua.

Vrijdag 8 oktober

Als je in de Algarve bent dan moet je natuurlijk ook een keer naar Albufeira. Daar gaan we op de fiets heen. We proberen de Algarve fietsroute te volgen maar helaas zijn de routeaanwijzingen rondom en in Albufeira verdwenen. In Albufeira is het ook druk, met zoals altijd veel Engelsen. Op een terras gaan we aan de koffie, het is tenslotte half elf. Wij zijn de enigen met koffie: om ons heen vloeit de alcohol al rijkelijk. We nemen een kijkje bij de camperplaats naast het voetbalstadion. En ook deze camperplaats staat bijna helemaal vol. Het is voor het eerst dat we deze plek zo vol zien staan. Voor we aan de terugtocht beginnen, gaan we nog even naar de Lidl. Daar sta je in de rij voor een winkelwagentje. Allemaal vanwege corona: zo kun het aantal bezoekers ook reguleren. De terugweg, zo'n elf kilometer, gaat langs de vakantiedorpen Oura en Olhos de Aqua. De hele elf kilometer is één lang lint van hotels en vakantieparken. Na de middag gaan we uiteraard weer naar de zee, waar we deze keer wel in gaan ondanks de hoge golven.

Kunst in Albufeira.

Zaterdag 9 oktober

Onze één na laatste dag in Falésia. Maandagochtend trekken we verder, maar waar we terechtkomen weten we nog niet. De spoeling wat leuke camperplaatsen betreft is erg dun geworden in de Algarve. In de ochtend gaan we nog een keer op de fiets naar Quarteira. We gaan er "shoppen" in het min of meer oude centrum. En dat bestaat uit twee leuke winkelstraatjes, waar je dus uitgeshopt bent voor je er erg in hebt. Aan de boulevard ontdekken we een nieuwe Decathlon: de oogst daar is een nieuwe zwembroek voor Wim. De prijs is €3,50, inclusief touwtje en nog zeewaterbestendig ook. Na de middag gaan we voor de één na laatste keer naar het strand, natuurlijk om de nieuwe zwembroek uit te proberen. En omdat het weekend is trakteren we onszelf na dat zwemmen weer op een gegrilde, platte kip-piri-piri. Voor de Portugalreizigers: van de Intermarché, maar de Pingo Doce heeft ze ook. 

Af en toe zien we ze vliegen.

Zondag 10 oktober

Een beetje een rommeldag: wat opruimen, water bijvullen en puzzelen waar we morgen heengaan. En een laatste wandeling over de rotsen hoog boven het strand. En vliegtuigen kijken: de camperplaats ligt onder de aanvliegroute naar Faro, de enige luchthaven hier in de Algarve. We verbazen ons over het grote aantal dat dagelijks over ons heen komt met nieuwe vakantiegangers. En ook op het strand haal je de verse toeristen er zo uit. Aan de huidskleur, maar ook omdat ze te dicht bij de vloedlijn gaan liggen en overspoeld worden door een onverwacht grote golf. Geen beter vermaak als leedvermaak. Na de middag zoeken ook wij het strand weer op; voor de laatste keer hier in Falésia. En dat geldt ook voor het "blokje om" elke avond na het eten. Morgen gaan we verder naar het westen. We hebben een camperplek op het oog waar we nog niet eerder geweest zijn. En uiteraard een alternatief voor als het om wat voor reden dan ook een flop wordt

Deze zagen we vandaag vliegen.

Maandag 11 oktober

We gaan weer vroeg op pad, vijftig kilometer naar het westen: wel anderhalf uur rijden. We hebben een camperplek uitgezocht tussen de grote plaatsen Portimão en Lagos, en dan een eindje het binnenland in. Het dorp heet Figueira, maar in het NKC boek staat het onder de prachtige naam Mexilhoeira Grande. Een beetje in de "middle of nowhere". De angst voor een volle camperplaats was onterecht, met zo'n twaalf campers is de plek voor minder dan de helft bezet. De mogelijke redenen: te afgelegen en te ver van de zee. En redelijk aan de prijs: € 13 per nacht inclusief stroom, douches en toiletten. Rond het middaguur verkennen we wandelend het dorp. En daar is eigenlijk niks leuks aan. Eén klein supermarktje en een leeg terras en voor de rest uitgestorven. De middag brengen we in gepaste rust door. En we in de loop van de avond nog zo'n twaalf campers zien binnenkomen. Mogelijk dat er ergens een illegale plek is ontruimd. 

Dinsdag 12 oktober

De camperplek waar we zitten ligt tussen Lagos en Portimão. En die afstanden zijn te fietsen. We kiezen voor Portimão want vlak daarvoor ligt het dorp Alvor waar we vaak op de nu gesloten camperplaats hebben gestaan. In Portimão gaan we naar het overdekte winkelcentrum Aqua. Twee etages met winkels en op de derde eten en drinken. Na de koffie lopen we er rond. Er staat geen pand leeg; een heel verschil met het overdekte winkelcentrum in Apeldoorn. Geen idee waarom het hier wel werkt en in Apeldoorn niet. Als we uitgekeken zijn fietsen we terug naar Alvor. De voormalige camperplek, vlak aan zee, ziet er bizar uit en is eigenlijk nog helemaal intact. De caravan van de beheerders staat er nog alsook de stroomkasten en het sanistation. Maar verder is het terrein akelig leeg. Raar eigenlijk, rijden er zoveel campers rond in de Algarve en is een camperplaats waar niets mis mee is, al meer dan bijna twee jaar gesloten. We pauzeren ergens aan het strand in de luwte, want het waait fors. Met voor onze neus een show van wel dertig kitesurfers: een spectaculair gezicht. Tot slot lopen we een rondje door het centrum van Alvor. Leuk, mede omdat het er gezellig druk is met nog veel vooral Engelse toeristen. Na een borrel op een bekend terras fietsen we terug naar de camperplaats. We hebben er dan ruim veertig kilometer opzitten.   

De lege camperplek in Alvor.

De surfshow voor onze neus.

Aan de drank in Alvor.

Woensdag 13 oktober

Twee dagen Figueira vinden we genoeg. Bovendien hebben we slecht geslapen. Op het terrein naast ons, een soort opslag van gasflessen, lopen kippen en een haan te scharrelen. Van de kippen hebben we geen last, die maken alleen lawaai als ze een ei gelegd hebben. En dat gebeurt overdag. Maar die haan is vreselijk! Volgens Wobbie is dat beest dement: hij kraait van half twee 's nachts tot diep in de ochtend en lijkt geen besef van dag of nacht te hebben. Maar goed, we hebben het overleefd. We rijden eerst een paar kilometer verder naar de leuke stad Lagos. Daar is een camperplek bij het voetbalstadion. Altijd aardig voor een paar dagen om Lagos te bezoeken. Maar die camperplaats is ook al gesloten. Er is geen camper te bekennen: alweer een camperplaats weg. We gaan terug de N125 op en rijden naar Silves, naar de camperplaats "Motorhomepark Silves". Er is ruimte genoeg en we vinden een fraaie plek. En Silves is de plaats van de ooievaars: we worden verwelkomd door tientallen van die vogels die hoog in de lucht ons begroeten. Een prachtig gezicht. Silves heeft twee grote supermarkten en dat komt goed uit; onze voorraden moeten aangevuld worden. Op de terugweg komen we een Nederlandse camper tegen. Het zijn onze vrienden Elly en Egbert uit Lochem. We wisten dat ze er aan zaten te komen, maar zo snel hadden we ze niet verwacht. We staan dus nu naast elkaar en hebben een boel bij te praten, waarvoor ook de gezamenlijke maaltijd wordt gebruikt. Morgen dag twee in Silves; we gaan in elk geval uit eten en wat we daarom gaan doen hebben we nog geen idee. 

Welkom in Silves!

Donderdag 14 oktober

Een relatieve rustdag. Een beetje tutten bij de campers, een boodschapje hier en daar en koffiedrinken met z'n vieren. En we gaan uit eten. Op deze camperplaats krijgen de binnenkomende camperaars een uitnodiging om bij Restaurante "Casa Velha De Silves" te komen eten. Dat gebeurt al zolang we hier komen. Een driegangenmenu voor de speciale "camperprijs" van €8,50. Inclusief drank en koffie na. Behalve de euro's ben je zo een paar uur kwijt. De rest van de dag brengen we in gepaste rust door. Alweer met een hapje en een drankje.

Eten bij Restaurante "Casa Velha De Silves".

Vrijdag 15 oktober

We nemen afscheid van Elly en Egbert: het waren twee leuke dagen samen in Silves. Zij blijven nog even, wij gaan terug richting Spanje. We maken een mooie rit door het achterland van de Algarve, onder andere over de N124. We gaan weer naar Santa Luzia, het dorp even voor Tavira, pal aan de lagune. De schoonwatertank zit vol, de vuilwatertank en het cassettetoilet zijn leeg, dus we kunnen het een paar dagen uithouden zonder voorzieningen; want die zijn hier niet. Op die parkeerplaats, aan het einde van het dorp, is nog een fraaie plek vrij. Helaas is de "Ferry Boat", die je de lagune overbracht, er op 1 oktober al mee gestopt. Om op het strand te komen moet je nu twee kilometer lopen om bij het treintje van vakantiepark Pedras Del Rei te komen. Er langs wandelen kan overigens ook, maar daar hebben we nu even geen zin in. Op het fraaie strand is het behoorlijk druk en alle horeca is nog volop in bedrijf. Wat lezen, wandelen, een dutje, je bent zo een paar uur verder. Als afsluiting van de dag gaan we natuurlijk weer naar Café Santa Luzia: ook daar is het nog gezellig druk.

Zaterdag 16 en Zondag 17 oktober

Een dag als alle andere in Santa Luzia. Deze keer niet met het treintje naar het strand, maar te voet. Het totaal aantal wandelkilometers vandaag is zeven en een half. Inclusief het bezoek aan Café Santa Luzia.

De zondag is een bijzondere dag. Via vrienden, Emile en Corry, horen we dat er markt is in Vila Nova de Cacela: een dorp boven Manta Rota. We spreken af elkaar daar te ontmoeten. Na enig dubben besluiten we met de camper naar Manta Rota te rijden en die daar aan het strand te parkeren en naar de markt te wandelen. Als we er bijna zijn, krijgen we een telefoontje van Emile: de markt gaat niet door vanwege corona. We spreken af op een terras in Manta Rota, waar we onder het genot van lekkere koffie een hele poos bij zitten te kletsen. Voor in de middag nemen we afscheid van elkaar. Emile en Corry gaan terug naar Vila Real, wij gaan naar het strand. Er zijn veel wolken vandaag, dus na anderhalf uur houden we het voor gezien. Tenslotte wandelen we naar Altura, een dorp verder, via een nieuw aangelegd vlonderpad. Uiteindelijk zijn we tegen vijf uur terug in Santa Luzia. En na de borrel bij ons stamcafé hebben we er een welbestede dag opzitten.   

Maandag 18 oktober

Het deel van deze rondreis door Portugal loopt op zijn einde. Na weer drie fraaie dagen in Santa Luzia verkassen we wel vijftien kilometer verder, weer naar Tavira. Op de parkeerplaats in Santa Luzia zijn geen voorzieningen zoals schoon water, het lozen van afvalwater en vooral het legen van de cassette van het toilet. Tijd dus voor wat meer "comfort". En dat vind je op de camperplaats in Tavira, waar we eind september ook al geweest zijn. Aan dat comfort hangt overigens wel een prijskaartje: €10,00 per nacht. Als we het terrein oprijden komen we gelijk bekenden tegen: Leen en Suus. We kennen hen van de reisverhalen op hun site "elenes". En we hebben samen met hen vastgezeten in Marokko bij de uitbraak van de corona pandemie. Onze eerst actie in Tavira is boodschappen doen. Op weg naar de Lidl komen we een richtingaanwijzer tegen naar de Aldi. En daar hebben ze lekkere jam. We hebben er de andere boodschappen ook maar gedaan. Na de middag gaan we naar het strand. Hier doe je dat op de fiets. Parkeren in de struiken en tien meter verder zit je op het strand. Dat strand ligt aan een soort inham met een smalle doorgang naar de zee. En aan de andere kant het verbindingskanaal naar het centrum van Tavira. Het is een gaan en komen van allerlei soorten boten. Kortom een strand waar je je niet hoeft te vervelen. Zoals gezegd zijn we met de laatste dagen hier in Portugal bezig. We hebben voor twee nachten geboekt. Dus, zoals we er nu over denken, gaan we woensdag Spanje in. 

Dinsdag 19 oktober

Onze laatste dag in Tavira. We gaan nog een keer boodschappen doen in het overdekte winkelcentrum en, omdat we er toch zijn, gaan we er ook aan de koffie. Het is weer een warme dag, dus zoeken we het strand weer op. Rond een uur of drie houden we het voor gezien: want we hebben een afspraak. We gaan op visite en aan de borrel bij Leen en Suus. We hebben elkaar voor het laatst gezien tijdens de terugreis uit Marokko op het hoogtepunt van de corona uitbraak. Er valt dus heel wat bij te kletsen en onder het genot van een hapje en drankje wordt het een gezellige bijeenkomst. Tot slot gaan we uit eten, weer in het overdekte winkelcentrum "Tavira Gran Plaza". Een soort Portugese groentesoep en pizza. Een waardige afsluiting van het verblijf in Tavira. 

"Ons" strand in Tavira. 

Op visite bij Leen en Suus.

Woensdag 20 oktober

Op naar Spanje. We nemen afscheid van de Nederlanders hier waar we contact mee hadden, verzorgen de camper en gaan rijden. Voor we Spanje in rijden scoren we nog een "platte kip piri-piri". We kregen een kijkersvraag: wat is een platte kip?. Een kip ontdaan van de ingewanden, wordt met wijd uitgespreide poten, een wat onelegante houding zelfs voor een kip, tussen twee roosters geklemd en vervolgens gegrild (zie foto). Piri-piri is de saus die er naderhand overheen gegoten wordt. 

We hebben een camperplek uitgezocht in de buurt van Isla Cristina, waar we al na drie kwartier rijden aankomen. En, hoe verassend, hier zijn we drie jaar geleden ook al eens geweest. De naam: Camper Park Playas de Luz. Een camperplaats met alle voorzieningen en nu zelfs een zwembad! In deze tijd van het jaar nog gratis ook. Na de middag gaan we fietsen. Er loopt hier een Via Verde, een voormalige spoorbaan waar men een fietspad van heeft gemaakt en die uitkomt in de grensplaats Ayamonte. Helaas wordt de Via Verde ook door auto's gebruikt en dat doet het wegdek geen goed. In Ayamonte krijgen we bij het VVV kantoor een fietsroute uitgelegd. Niet naar het oude centrum, maar de andere kant op langs het strand. We belanden op een soort boulevard van wel vijf kilometer lang. Met prachtige resorts en appartementencomplexen. Maar op twee resorts na is alles al gesloten, zelfs de horeca en winkels. Daar waar het in Portugal op veel plaatsen nog gezellig druk is met toeristen, maakt deze kuststrook een wat trieste indruk, hoe mooi de gebouwen ook zijn. Na bijna veertig kilometer zijn we terug bij de camper en gaan we naar het zwembad. Waar net een prachtige papagaai in een mast is beland. En de eigenaar op een brommer met wat moeite het beest weet te lokken en met de papagaai op zijn schouder weg tuft. 

En tot slot zien we voor onze camperneus weer flamingo's in het uitgestrekte lagunegebied. 

Donderdag 21 oktober

Weer een fietsdag vandaag. We gaan eerst naar Isla Cristina. Een aardige stad met een nog redelijk authentiek Spaans centrum. Het strand is minder fraai. De vlonders en de loopbruggen zien er wat armoedig uit vanwege achterstallig onderhoud. Bovendien loopt het strand over in het lagunegebied. Bij eb een lustoord voor vissers die er wormen zoeken, waarbij toeristen alleen maar in de weg lopen. Buiten het centrum, verder langs de kust richting La Antilla, worden de stranden veel mooier.

Na de middagpauze gaan we opnieuw fietsen. Gisteren zijn we over de "Via Verde" in Ayamonte terecht gekomen, vandaag gaan we de andere kant op. Was het pad gisteren al niet best, het stuk vandaag was bar en boos. Allerlei kassen links en rechts van de route gebruiken deze Via Verde voor de aan- en afvoer. Het gevolg is een totaal kapotgereden wegdek. Bij het dorp La Redondela gaan we de "gewone" weg op naar La Antilla, een dorp aan de kust. Met een camping: volgens een vriend van ons een aanrader. Wij zijn echter niet enthousiast. Heel veel vaste staanplaatsen en wat spaarzame "vrije" plekken. Aangrenzend aan het terrein van de buurman. En dat is uitgerekend een paardenmanege. Dat ruik je en het stikt er van de vliegen. Een ervaring rijker en een illusie armer. Terug bij de camper gaan we natuurlijk nog even het zwembad in. Waarna Wobbie nog even gaat wandelen en maar zo een grote kudde geiten tegenkomt op de smalle Via Verde die vlak voor de camperplaats langs loopt. De dames geven elkaar gelukkig de ruimte om elkaar te passeren.  

Vrijdag 22 oktober

Een rit van tachtig kilometer vandaag, een eindje het binnenland in. We hebben een camperplek uitgezocht waar een Via Verde langs loopt. Het stadje heet Valverde del Camino. De camperplek ligt aan de rand en is een mix-parking met acht parkeerplaatsen voor campers. Met loosmogelijkheden en een waterkraan, en dat alles voor niets. Als we aankomen zijn we de enige camper. Van een inspectietocht door het stadje worden we niet vrolijk. Veel volk op straat met bijna allemaal een mondkapje op, maar vooral weinig sfeer. Na wat dubben, blijven we of gaan we verder, pakken we toch de fietsen. We zijn hier tenslotte voor de Via Verde, die vlak achter de camperplaats loopt. De route ten noorden van de stad is weer een moeizaam verhaal, eigenlijk meer voor MTB'ers. De zuidelijke route is fantastisch. Een geasfalteerd pad van wel dertig kilometer en erg afwisselend. We komen zelf bloeiende heide tegen.

We hebben niet de hele route gereden, want je moet tenslotte ook weer terug. Na vijfendertig kilometer zijn we terug bij de camper. Daar hebben we buren gekregen: een Duitse camper. Je kan niet alles hebben in het leven, maar we doen het er maar mee. Het wordt in elk geval wat minder eenzaam vannacht.  

Valverde Del Camino.

Zaterdag 23 oktober

Wat een rumoerige camperplaats: veel verkeer gaat de stad in of uit. En dat slaapt niet lekker. We zoeken de zee weer op. Een eind voorbij de grote havenplaats Huelva (vanuit Portugal gezien) ligt de kustplaats Mazagon. En daar mag je in deze tijd van het jaar op een parkeerplaats aan het strand staan, bij Playa De Las Dunas. Er staan maar een paar campers (in de avond tien stuks). We beginnen met een wandeling langs het strand van zo'n vier kilometer. En dezelfde afstand terug langs de kustweg, met fraaie huizen en geen hoogbouw. Maar vrijwel uitgestorven. Bijna alles zit dicht, zelfs de fraaie toiletgebouwen om de honderd meter. Na de middag gaan we naar het strand, waar we met verbazing naar tientallen vissers zitten te kijken. Uren vissen en we hebben ze niet iets zien vangen. Aan het einde van de middag wandelen we nog een keer door het centrum. Ondanks alle gesloten vakantiehuizen is het er gezellig druk en dan vooral in het fraaie park midden in het centrum. 

Vissers en af en toe een grote boot voor onze neus.

Zondag 24 oktober

Een afwisselende dag. We beginnen met een fietstocht langs de kustweg. Daarlangs loopt een fietspad van tien kilometer. Eenmaal Mazagon uit zit je direct in het natuurgebied Donoña, met eindeloze bossen met vooral pijnbomen. De kale plekken die je met een zekere regelmaat tegenkomt, zijn veroorzaakt door de natuurbranden van een paar jaar geleden.

Een eenzaam gebied met af en toe een parkeerplaats met een strandopgang. Na tien kilometer houdt het fietspad op en moet je verder over de gewone weg. We fietsen door tot we bij een fantastische strandopgang komen: Cuesta De Maneli. Een vlonderpad met een paar bruggen van zo'n twee kilometer brengt je bij een uitkijkpunt bij de zee, waar je via een trap op het strand kunt komen. Prachtig aangelegd en een heerlijk rustpunt om even bij te komen, voor we aan de twintig kilometer terug beginnen. 

Na de middag is het weer tijd voor het strand. Vandaag geen boten die voorbij komen, wel weer veel vissers die we ook vandaag niets zien vangen. Aan het einde van de middag wandelen we naar het leuke park. Op een terras met zeezicht is nog een tafeltje vrij en we gaan aan de borrel.

Aan het leuke park en het terras met zeezicht hangt overigens wel een prijskaartje. Maar mogelijk lag dat aan de zes olijven die we er bij kregen. Op de terugweg komen we langs een "Döner Kebab". We gaan naar binnen en bekijken de menulijst. En daarop staat onder andere "Kappsalòn". We hebben er wel eens van gehoord in Nederland, maar nog nooit gegeten: dit is dus de kans. We nemen er twee mee naar de camper. Een voedzame maaltijd. De borrelnootjes laten we maar staan vanavond.

Maandag 25 oktober

Twee dagen in de zandbak van Mazagon vinden we genoeg. De afgelopen dagen hebben we zitten dubben wat te doen. Nog verder Spanje in of terug naar Portugal. We hebben nog een week en dan begint de terugreis. Ergens in de eerste week van november willen we weer in Apeldoorn zijn. Mede vanwege de weerberichten gaan we terug naar Portugal. En voor de derde keer deze reis, terug naar de camperplaats in Tavira. We komen er Egbert en Elly tegen, evenals Emile en Corry. Beide stellen hebben we ergens in de afgelopen weken al eerder ontmoet. Na het installeren gaan we weer op de fiets naar het strand. Er staat veel wind en die maakt het erg fris. We zijn dus op tijd terug, gaan onder de douche en verkleden ons want we gaan uit. Uit eten bij Elly en Egbert, een paar campers verder. Heerlijke nasi met onder andere eigen gemaakte pindasaus. Een avondvullend programma. 

Het hotel cq museum achter "ons" strand in Tavira.

Dinsdag 26 en Woensdag 27 oktober

We moeten weer even wennen aan het tijdsverschil met de rest van Europa. Het is hier een uur vroeger. Met name 's avonds is dat merkbaar; het is vroeger donker. Vanochtend zijn we vroeg op. We gaan Tavira in. Wat wandelen door het centrum en natuurlijk ergens koffie drinken. Uiteindelijk belanden we in een enorme Chinese winkel. Weer een winkel van Sinkel, er is werkelijk van alles te koop. Alleen in vergelijking met andere jaren zijn de prijzen omhoog geschoten. Onder andere vanwege transportkosten en invoerbeperkingen. Na de middag gaan we weer naar het strand: prachtig weer en vandaag weinig wind. En er is hier altijd wat te zien: bootjes, vissers en vogels die in duikvluchten proberen ook een visje te vangen. Voor in de avond gaan we weer uit eten. Deze keer met Emile en Corry. Een nichtje van Corry heeft een restaurant in het centrum van Tavira: "Aquasul". In een nauw straatje waar geen auto's komen dus gewoon op straat. Beregezellig, alle tafels bezet en heerlijk eten. Eigenlijk een adres wat je moet weten, anders vind je het nooit.

We waren de eerste gasten.

De woensdag is weer een "gewone" dag in Tavira. We nemen eerst afscheid van Elly en Egbert. Zij gaan wat verder richting de westkust. Wij doen wat boodschapjes bij de Continente in het overdekte winkelcentrum en drinken er natuurlijk koffie. En we hebben pindakoeken ontdekt. Een soort gevulde koek maar dan met pinda's: heerlijk! Rond het middaguur gaan we weer naar het strand, het is nog altijd prachtig weer. Hoewel er voor komende vrijdag regen voorspeld wordt. Wij blijven in elk geval morgen nog hier en vrijdagmorgen zien we verder. 

Flamingo's voor de skyline van Tavira. 

Donderdag 28 oktober

Onze laatst dag in Tavira. We nemen eerst afscheid van Emile en Corry. Zij gaan de camper in Portugal stallen en vliegen maandag terug naar Nederland. Wij gaan fietsen, een route die we nog niet eerder gedaan hebben. Ergens boven Tavira moet een waterval te vinden zijn: Pego do Inferno. En die gaan we zoeken. De heenweg is prachtig; nieuw asfalt en bijna geen verkeer. De waterval staat slecht aangegeven dus het is even zoeken. Uiteindelijk vinden we deze "toeristische hotspot". Maar helaas is het water op; kennelijk is dit de verkeerde tijd van het jaar voor een waterval. Wat rest is een wat smoezelig poeltje water. Via een omweg komen we terug in Tavira. De weg naar de waterval en terug naar Tavira was prachtig en dat maakte een hoop goed. Het wordt hoog tijd dat het gaat regenen in de Algarve: als het kan graag als wij weg zijn.

Pego do Inferno: geen vallend water vandaag.

Na de middag gaan we weer naar het strand, voor de laatste keer. En wat we de afgelopen weken vissers niet hebben zien doen, lukt Wobbie wel: een vis vangen. Bij het zwemmen komt ze een soort paling tegen die verstrikt zit in een vissnoer. Met vereende krachten geven we het beest zijn vrijheid terug.

Terug bij de camper is het inpakken geblazen. En na het eten gaan we nog even aan de koffie in het overdekte winkelcentrum. Een waardig afscheid van Tavira.

Vrijdag 29 oktober

We zijn er op tijd uit vanochtend: de terugreis gaat beginnen. Het is zwaar bewolkt, maar nog net droog. Bij de Pingo Doce doen we de voorlopig laatste boodschappen, inclusief nog een "platte kip", en vertrekken dan richting Spanje. Inmiddels is het gaan regenen, wat het bijna de hele dag blijft doen. Via een wat bijzondere "binnendoor route" komen we uiteindelijk op de snelweg A66 richting noorden. Tegen half vier, een kilometer of tien voor Merida, gaan we het binnenland in. Zo'n twaalf kilometer van de snelweg ligt het dorp Alange. Aan een groot meer en "beroemd" vanwege thermaal baden en een paar luxe hotels. De camperplaats is onderdeel van een groot parkeerterrein. We staan naast een Engelse buscamper en verder is het leeg om ons heen. En het dorp is ook vrijwel leeg: dat ontdekken we tijdens een rondwandeling tussen de buien door. Vooral vanwege de regen is het maar een trieste boel hier. Gelukkig hebben we de platte kip nog voor vanavond. 

Het standbeeld in het centrum van Alange.

Zaterdag 30 oktober

Het heeft de hele nacht geregend en dat blijft het nog een groot deel van de ochtend doen. We gaan dus vroeg op pad. Een relatief makkelijke route: vierhonderdvijftig kilometer, bijna loodrecht omhoog en over de snelweg. Niet echt opwindend, maar het schiet wel op. En ergens onderweg houdt het gelukkig op met regenen. We stoppen in de grote stad Palencia, zoals bijna al onze reizen naar en vanuit het zuiden. Deze keer kiezen we voor de camperplaats bij het benzinestation. Een gratis plek: stroom en douches moeten betaald worden. Stroom hebben we niet nodig, we komen vooral voor de douches. Maar de deur van het sanitairgebouw zit op slot. En die is al heel lang op slot en dat blijft voorlopig nog zo. Allemaal vanwege covid. Dus gaan we de stad maar in op zoek naar honing voor in de yoghurt. En omdat we er toch zijn gaan we aan de borrel op een terras. Nog 1750 kilometers naar Apeldoorn.

Kunst op de camperplaats.

Zondag 31 oktober

Voor de derde dag op rij regen. Na ook een natte nacht zijn we vroeg op. De cassette van het toilet moet leeg evenals de vuilwatertank en we hebben vers water nodig. Toch rijden we al voor negenen. De route laten we de TomTom bepalen. De kortste route naar Apeldoorn gaat via Burgos, Donostia, Biarritz, Bordeaux, Limoges, Orleans en Parijs. Het eerste deel van de route van vandaag is fraai en afwisselend. De laatste vijftig kilometer in Spanje zijn druk en erg vermoeiend rijden. De eerste vijftig kilometer in Frankrijk zijn bar en boos met om de honderd meter een rotonde of een stoplicht. Een volgende keer gaan we weer via Pamplona naar St. Jean Pied de Port. Na lang puzzelen zoeken we een camperplaats op in het dorp St.Julien en Born, in de buurt van Mimizan. Een camperplaats voor de camping . Negen euro inclusief stroom, douches en toiletten. Alleen die twee laatste voorzieningen nu even niet: alweer vanwege covid. Dus douchen we in de camper en zitten al vroeg in de pyama's. Een rondje door het dorp lopen zit er vandaag niet meer in. Het is vroeg donker, maar vooral die regen hè....... 

Maandag 1 november

We verlaten een kletsnat Les Landes. Bijna bij Boreaux zien we eindelijk de zon. Die overigens, als we de stad voorbij zijn, plaats maakt voor regen en hagenbuien. En zo gaat het gedurende de hele dag door: dan weer zon, dan weer regen. Na Limoges rijden we via Châteauroux naar Vierzon. Het is dan inmiddels een uur of vier en we hebben genoeg van het rijden. Even boven Vierzon vinden we een camperplek in het dorp Theillay. Een kale plek aan het eind van het dorp tegenover het kerkhof: voor één nacht prima. En we staan weer eens helemaal alleen. 

Overigens is het een bijzondere dag vandaag, het is Allerheiligen. Hier in Frankrijk is dat een vrije dag en alle winkels zijn gesloten. Hier bij het kerkhof is het een komen en gaan van auto's en worden er bloemen bij de graven gelegd. Bij ons in Apeldoorn hebben wij nooit iets gemerkt van Allerheiligen. 

Om een uur of zeven wordt het stil om ons heen. De bezoekers zijn weer vertrokken en de achterblijvers blijven doodstil achter.

Dinsdag 2 november

Een erg lange dag vandaag. Maar na vier natte dagen eindelijk ook een droge dag, met veel zon. En dat maakt het rijden een stuk aangenamer, wat je van de route vandaag helaas niet kunt zeggen. We passeren eerst Orléans, en dat blijkt ook een hele grote stad. Maar met een gepaste snelheid komen we er rijdend doorheen. Daarna komt Parijs en dat is een ander verhaal. We zijn er amper en staan al in een file. Al met al duurt het anderhalf uur voor we de ergste hectiek achter de rug hebben. Met dank aan de TomTom die ons er feilloos doorheen loodst. 

De Eiffeltoren gemaakt met een iPhone.

Volgens dezelfde TomTom gaat de snelste route naar Apeldoorn, zonder tolwegen, via Brussel. Maar dat halen we niet vandaag. We stoppen even voor de Belgische grens in de buurt van de stad Maubeuge. Daar in het achterland ligt het gehucht Hon-Hengies met hoe verrassend, een kerkhof met graven met prachtige bloemen. Niet vanwege ons bezoek, maar gisteren was het Allerheiligen (en vandaag Allerzielen). Een kerkhof met een prachtige parkeerplaats. Er kunnen vier campers staan: we staan er met nog één andere camper. We hebben geen zin meer om de buurt te verkennen, het is al vijf uur en bijna donker. Morgen België in, vrienden bezoeken en dan naar huis.

Woensdag 3 november

De laatste dag van deze reis. Na een koude nacht gaan we vroeg op pad. Binnen de kortste keren zitten we in België. Via Brussel gaan we richting Antwerpen. Daar in de buurt ligt Westmalle: bekend, beroemd en berucht vanwege het de waar heerlijk bier vandaan komt. En de woonplaats van onze vrienden Frank en Ria, waar we op bezoek gaan. Zij zijn amper weggeweest met de camper, dus Frank heeft weer veel tijd in het huis en de tuin gestoken. Het ziet er prachtig uit. Ria heeft gekookt, we hebben heerlijk gegeten en gezellig bijgekletst. Ook bij hen is er nog een sprankje hoop om in januari weer naar Marokko te kunnen reizen. 

Na de middag gaan we weer rijden. Via Breda, Gorinchem en Utrecht zijn we om een uur of vier weer in Apeldoorn. De komende dagen zijn we druk met de naweeën van een camperreis van dik negen weken. We kijken terug op een leuke reis en hebben veel plekken bezocht waar we ooit eerder geweest zijn. Soms een feest van herkenning, af en toe een teleurstelling. Een herinnering is soms mooier dan de werkelijkheid. We hebben fantastisch weer gehad, vrienden ontmoet en andere leuke mensen. Een duidelijk minpunt was het beperkte aantal camperplaatsen in Portugal. Vrij staan is vrijwel onmogelijk geworden en bovendien zijn er een aantal officiële camperplaatsen verdwenen. Terwijl er steeds meer campers bijkomen. 

Tot zover deze reis en dit verslag. Wanneer de volgende van start gaat weten we nog niet en nog helemaal niet waarheen. Als het kan wordt het in januari weer Marokko, maar die hoop hebben we eigenlijk al opgegeven.